Marjan Berk (Marie-Janne van Baaren) is geboren in 1932 in Zeist, maar na de scheiding van haar ouders vertrok zij in 1938 met moeder en broer naar Amersfoort. In 1954 haalde zij haar verpleegstersdiploma, waarna zij naar de Amsterdamse Toneelschool ging. 27 jaar was ze werkzaam in het cabaret (bij Wim Kan, Lurelei, Jaap van der Merwe), toneel, musical, film en televisie.
In 1977 schreef Marjan Berk de muzikale show Moeder en haar jongens, waarna zij voor radio en tv ging schrijven, o.a. de jeugdserie De Pomp (Ikon, 1978), Wordt er in de ruimte ook gelezen? (KRO, 1983). In 1994 ontving zij voor de 66-delige tv serie Vrouwenvleugel de Televizierring.
In 1981 had Marjan al haar eerste boek geschreven: Nooit meer slank, waarna meer dan veertig romans, verhalen en kinderboeken volgden. Zes van haar boeken werd in het Duits vertaald. Vanaf 1983 schrijft zij columns voor het Utrechts Nieuwsblad, Algemeen Dagblad, Provinciale Zeeuwse Courant, Gaykrant en Margriet. In november 2006 verscheen Zout, een hommage aan de vrouwen van de eerste generatie Turkse gastarbeiders.
In 2007 schreef ze Vertigo, een spannend verhaal over ouder worden, maar vooral over de vergezichten die het leven altijd weer voor je in petto blijken te hebben. En dat bleek bij Marjan Berk zeker het geval, want in datzelfde jaar won ze de Lotto. In haar boek Rijk! vertelt ze op hilarische wijze over een levenlang moeizaam omgaan met geld en over het winnen van de Lotto. Voor haar kleindochter Belle, die haar moeder Roos op tweejarige leeftijd verloor aan een agressieve vorm van kanker, schreef ze Boek voor Belle. Aan de hand van de getuigenissen van haar nog jonge gezin, haar familie en vrienden ontstaat een portret van de originele en vrolijke vrouw die moeder Roos was. Haar laatste boek Het schreien niet verleerd (2010) is het verhaal over Berks grootvader, die altijd de romantische voorbeeldman in haar leven is geweest.
Marjan Berk schrijft iedere week een column in het Algemeen Dagblad.