MIJN ADJUDANT
Lieve Lezers,
Vandaag wil ik u voorstellen aan Adjudant H. Mijn bejaarde leven is een gevaarlijk leven, de Scylla en Charybdis van het dagelijks bestaan leveren een rotsachtig landschap op vol hobbels, kuilen, stoepen en andere ongelijke tegelgebergten waar in een werkende vrouw van mijn leeftijd moeizaam haar weg moet vinden. En toen ik een lezing ergens in het land mocht geven, zag ik daar onze Prinses Laurentien, begeleid door een echte adjudant.
Toen wist ik het: een adjudant, dat ontbrak aan mijn leven.
Nu had ik al een goede vriend, waar ik af en toe aangename uren mee doorbracht. Hij was zeer behulpzaam, bood mij zijn sterke arm waar ik graag aan ging hangen, wanneer er hobbels in het landschap waren. Hij zorgde voor veilige verkeersmomenten, zoals het passeren van zebra’s en kleine heuvels.
Bovendien kon hij ook goed koken, vooral kip was zijn specialiteit. Hij maakte mooie porties, die hij mij ingevroren overhandigde, zodat ik de weekends, waarin iedereen met iets anders druk was, dankzij mijn Adjudant H. smullend doorbracht en geen honger leed.
Maar door zijn mentale en vrolijke steun in zware tijden onderscheidde deze geboren adjudant H. zich toch vooral. Afgezien van zijn culinaire vaardigheden reed hij goedgemutst deze vrouw van zaal naar zaal in zijn comfortabele voiture, waardoor zij fris en fruitig haar programma kon volbrengen. Om haar aan het eind van de voorstelling weer veilig thuis af te leveren, ja…haar zelfs met rollator en al aan de rand van haar bed weer thuis te bezorgen. Zodat, toen ik hem voorstelde mijn persoonlijke adjudant te worden, hij…na een kleine aarzeling.. “JA” zei. En nu zien de mensen mij altijd in het gezelschap van deze voortreffelijke adjudant H. Vele oude vriendinnen zijn nu stinkend jaloers op mij. Maar Adjudant H. is trouw door dik en dun. Hij effent mijn hobbelig bejaarde levenspad op wonderbaarlijk charmante wijze.
Waarvoor ik hem intens dankbaar ben!
En dan nu het gedicht voor deze keer. Om u aan te melden voor een gratis gedicht in uw mailbox kijk op:
LJCOSTER.NL
Dan
eerst heb je elkaar
nog nooit gezien
dan heb je elkaar gezien
maar weet je het nog niet
bijvoorbeeld op een groot feest waar je
later van weet dat je er allebei was
als dichte sneeuw
waarin geen vlok geen vlok
de ander zag
maar uiteindelijk samen
in een dekbed belandde
dan zie je elkaar
voor de eerste keer
dan zoen je voor de eerste keer
dan wordt het opeens april
dan hou je van elkaar
dan deel je een nectarine
dan leer je steeds beter
hoe de ander het liefst door de stad wil fietsen
en doe je dat vervolgens ook
dan word je een keer nat
zo nat dat je je schoenen leeg kunt gieten
bij thuiskomst op de donkerblauwe mat
en je gaat allebei op blote voeten naar boven
je gaat in bed liggen met twee koude regenlijven
stijf tegen elkaar aan
dan heb je één keer ruzie in datzelfde bed
dan heb je geen keer ruzie in datzelfde bed
zie je springbalsemien en knijp je erin
dan word je gelukkig en bijt je zachtjes in haar nek
dan zegt ze dat ze niet meer slapen kan
voordat jij ‘tot morgen’ hebt gezegd.
Joost Oomen (1990)
uit: Lievegedicht (2023)