Column 9 september 2020


Redactie AD
Titel: afscheid.

“l,Adieu”, heet dat kleine walsje van Chopin en het was bovendien de lievelingswals van pianist Arthur Rubinstein. En van mijn moeder. Daarom leerde ik het ook maar uit mijn hoofd.

Toen Rubinstein zijn afscheidsrecital bekend maakte was ik er als de kippen bij ,niet alleen voor mijzelf maar ook voor mijn halfwas kinderen kaartjes te bestellen. Af en toe praten we daar nóg over….Mijn kroost was geraakt. Ook voor hen was het een onvergetelijk concert… Wat ik van die avond vooral heb onthouden, was de manier waarop de maestro l,Adieu speelde. Mocht ik zelf bij Chopin graag ruimhartig gas geven op het pedaal, nu hoorde ik de wals zo eenvoudig en bijna zonder pedaal spelen….waardoor ik ineens begreep hoe het moest.

“Wat gaat met mij mee en wat nemen jullie mee?”

Op het ogenblik zit ik middenin een verhuizing. Twee-envijftig jaar van mijn leven bracht ik hier heel veel door. Het dna van de Weerribben en het dorp Kalenberg zit diep in mijn plooien. Kinderen en vrienden rukken uit om mijn hele hebben en houden naar de hoofdstad te verkassen, waardoor er ook een pijnlijke scheiding plaats vindt tussen wat de kinderen meenemen enwat ik zelf absoluut niet kan missen.

De piano. Die gaat naar een kleindochter. Ik speel nog even, voordat de verhuizer komt, al mijn sonatines en kleine Bachjes dóór tegen het vergeten. De zes jaar die ik van piano- les heb genoten, betalen zich nog steeds uit. Bij iedere gelegenheid dat er toetsen in zicht komen, laat ik mijn stramme vingers als ouwe hondjes uit, om te zien of ze nog een toonladder kunnen spelen….Mooi is het niet, maar mijn plezier als het lukt is van grote kwaliteit!!

Ida Gerhard dichtte: “Niet het snijden doet zo,n pijn. Maar het afgesneden zijn!”

Of zijn die regels van Vasalis? Niet alleen mijn vingers zijn zijn stroef. De grijze cellen moeten erg hun best doen. om te bedenken dat deze buitengewoon heldere regels van Vasalis zijn…