Column 15 april 2020


Redactie AD
Titel: Pap.

Nadat we met de bijna voltallige familie het paasontbijt hadden weg-geskypet, waarbij ik vooral gefascineerd werd door mijn achterkleinkind, die mij voor het eerst virtueel toelachte, werd Ik vervuld met een diep gevoel van tevredenheid..”Draai het wieletje nog eens om. Klap eens in je handjes”, zong ik met bijbehorende choreografie. Verbeeldde ik mij, dat ze probeerde mee te klappen?….

Wat een heerlijk speeltje, dat skypen! Mijn technische zoons hadden de techniek op mijn quarantaine plek geïnstalleerd, dat laten ze niet aan hun hardcore digibete grootmoeder over…

De anderhalve meter afstand dwingt ons allemaal tot het dansen van een pauwenmenuet. Je gaat bijna vanzelf met je hoofd vriendelijk glimlachend knikken naar je partner op afstand. Woede en afkeer krijgen geen ruimte op deze afstand tot elkaar. Wel voel ik af en toe iets van een slappe lach oprispen… Maar de gedachte dat ons plechtig menuet zou worden bedorven door een bulderende lach, of een niet te stoppen giechel, geeft mij de kracht daar niet aan toe te geven.

Ik trek mij op deze stille dagen maar weer terug met de stapel weekendkranten. Ik ontdek, dat sex, lust, fysieke intimiteit, royaal door de pagina,s spoelen.

“Papa, wie heeft jou een beetje leuk leren vrijen?”, vond ik de leukste en ook liefste vraag die ik las. Maar bij de gedachte dat ik mijn vader, die door de scheiding van mijn moeder al op mijn vijfde jaar min of meer uit mijn leven verdween, deze openhartige vraag zou stellen, stagneer ik totaal. Ik weet zo weinig van mijn vader, alleen dat hij er volgens mijn moeder zaliger “er wel pap van lustte”! Zij zelf trouwens ook.

Op mijn achttiende tijdens mijn verpleegstersopleiding in het Utrechtse SAZU lazen wij in de nachtdienst Henry Miller. Wij leenden zijn boeken van elkaar, en omcirkelden de hotte passages behulpzaam met potlood. De metafysische onzin tussen die wilde passages sloegen wij gewetenloos over. Alles wat je over de mannelijke sexualiteit wilde weten, las je bij de oude Henry. .

En hier, in mijn quaranteins verblijf, heb ik zicht op een nog kale boom, waarin zich op het ogenblik een woest erotisch vogelleven afspeelt. Je kijkt je ogen uit: duif met duifje, merel met merel, langstaart met langstaart.Eerst liefdevol kopjes geven, en dan…Hoppa!

Jammer genoeg nooit eens gemengd huwelijk.