Column 9 januari 2019


Redactie AD
Titel : Nashville.

“De regenboogvlag hangt aan de Westerkerk!” Live verslag op de radio. Solidariteit van kerkse kant, die mij een vrolijk gevoel opleverde!
Die stotterende meneer van der Kaaij, die ik gisterochtend op mijn nuchtere maag moest aanhoren: “Ik dacht, nou ja, laat ik nu maar mee-tekenen!” Hoe hypocriet kan je zijn. En ook nog zeggen: “we kunnen het later wel nuanceren!” Solidariteit met de eigen club. . Maar dat loopt hem op het ogenblik door de felle kritiek op dit gedrag toch dun door de broek.
En wie kort geleden de mooie televisie serie van Margriet van der Linden bekeek en bijvoorbeeld zag, hoe moeilijk het voor de Japanse jongeman was uit de kast te klimmen onder het oog van zijn Japanse moeder, een moeder die nergens gehoor schonk aan de signalen die haar zoon voortdurend vergeefs afgaf , het leek of haar oren vol stopverf zaten. Geestige bijkomstigheid was, dat deze bijeenkomst met zijn moeder op een boot plaatsvond, zodat de zoon haar had willen vertellen hoe de vlag er bij hem voorstond, uiteindelijk zijn moeder toch weer zonder deze wetenschap met hem gedeeld te hebben met haar onveranderde ijzeren overtuiging dat hij nu maar eens moest trouwen met een vrouw, uiteindelijk van boord ging.
Of je zult toch maar in je puberteit ontdekken dat je wildste verlangens uitgaan naar een lid van je eigen geslacht. Of dat je wordt geconfronteerd met je lichaam, dat zich in het verkeerde lijf voelt….Wat moet je doen?
Ja… wat moet je doen? Waar is vanzelfsprekende professionele bijstand en bewegwijzering in het zogenaamde “normale leven” om de complexe gevoelens die je bespringen te duiden en je te helpen je leven zo te leven, dat het duidelijk wordt dat je óók bestaansrecht hebt? Eerst moet je als jong mens samenvallen met wie je nou eigenlijk bent. En wanneer je dat lukt, begint de strijd met de vaak venijnige begriploze en oordelende de buitenwereld en het wan- en onbegrip van je familie. Het treurige verhaal van de wanhopige jongen. Eerst ging hij naar de huisarts, die hem het advies gaf: “Zodra de lust over je komt, veel koud douchen!” Ook de dominee bood geen soulaas: “Flink bidden!”
Er waren geen deskundigen, die hem de helpende hand boden. Om hem ervan te overtuigen, dat hij, zoals iedereen en wij allemaal bestaansrecht hebben. Gewoon, omdat hij of zij, wij dus, mensen zijn. En ik herinner me nog als de dag van gisteren, de smaak van de taart die we aten bij het tienjarig bestaan van het homohuwelijk. Er kwamen ook een aantal ambassadeurs ut landen waar het homohuwelijk legaal is geworden , feliciteren met dat gedenkwaardige jubileum. Voor zo ver mijn herinnering reikt kwamen die heren uit Zweden, Portugal en nog een land, dat ik ben vergeten. Maar het was erkenning., reden om taart te eten!
Dus laten we die weg terug naar de hypocrisie en de ontkenning van de werkelijkheid in Godsnaam niet bewandelen.