Column 7 juni 2017


Redactie AD
Titel: Onder de mensen.

“Je wilt geen bloemen?”, vroeg mijn oudste zoon, die de opdracht kreeg uit naam van alle kinderen een mooi bosje bloemen te verzorgen. “Wat wil je dan?”
“Een boek!”, riep ik gretig, verlekkerd denkend aan alle prachtwerken die zojuist weer zijn uitgekomen. “Wat raar! Nou ja, je moet het zelf maar weten. Een boek. Komt in orde!” Mijn kinderen krijgen altijd een boek, de kleinkinderen ook, mogen er zelf een uitzoeken. Af en toe kocht ik vijf keer voor alle vijf een boek waarvan ik vond, dat ze het ABSOLLUUT moesten lezen. Ooit riep een kleinzoon op zijn zestiende verjaardag: “Alsjeblieft Oma! GEEN boek!”
En nu krijg ik ook een boek. Een boek om in te happen: “Onder de mensen”, de biografie van M.J.Brusse, geschreven door zijn jongste zoon Peter. Brusse, ook wel door zijn tijdgenoten de “Prins van de Journalisten” genoemd, was de ” grondlegger van de verslaggeving van de NRC.´
Ik ga dezelfde avond nog te bed met “Onder de mensen”, om pas te stoppen met lezen wanneer mijn ogen dichtvallen…Wat een fantastisch boek!.
Mijn grootouders gingen naar de schouwburg, waar Annie van Ees “Boefje”speelde, successtuk van Brusse. Drie jaar geleden maakte ik voor het eerst kennis met zijn werk. Ik had al eens in een televisiestuk “Mensen zoals jij en ik” gespeeld met acteur Kees Brusse, een oudere broer van Peter die ik oppervlakkig kende. Maar toen ik begon aan de biografie van Catharina van Rennes en de twee mannen, die voor mij in de archieven doken waarin zij uitstekend de weg wisten en de op microfilm vastgelegde stukken feuilleton van M.J. Brusse uit de serie “Onder de mensen” uit de NRC, gedateerd 1910,in mijn schoot wierpen, werd ik heel opgewonden! Ondanks de leeftijd van de stukken werd ik geconfronteerd met een frisse, geestige stijl, beetje “tongue in cheek” en ik kreeg goed inzicht in het karakter van Catharina. .
Ik lag ,s nachts bij fel licht , bril op de neus, op mijn buik op de grond liggend, het allereerste interview dat Catharina van Rennes in haar hele leven ooit gaf en wel aan Brusse, haar karakter uit het microschrift op te delven! En ik, die op zoek was naar de liefde in het leven van Catharina, kwam in dat hele grote interview geen spoor tegen van welke affectieve relatie, noch voor een man,noch voor een vrouw, dan ook! De enige liefde waarvan zij tegen Brusse getuigde, was de liefde voor de muziek! Grootste geluk was voor haar, wanneer het carillon in Utrecht, hoog boven de stad, haar “Zonnelied” klingelde!
In dit heerlijke boek van Peter Brusse krijgen we te horen hoe hij bevriend raakte met Herman Heijerman, hoe hij in Rotterdam diep inging op het leven van mensen aan de onderkant van de maatschappij…..Hij werd geboren in Amsterdam, maar in Rotterdam kwam hij tot grote bloei met zijn vaak kleine verhalen. Hij liet de mensen praten in hun eigen onvervalst plat Rotterdams. Dat viel op, dat waren de lezers van die nette krant niet gewend. Maar ze lazen. nee…ze vraten het en hadden het gevoel dat zij zelf met de schrijver op pad waren geweest.